7/31/2005
Tolerantie - citaat uit "Een schitterend gebrek"
Een schitterend gebrek van Arthur Japin gaat over een onmogelijke liefde in de 18e eeuw. De vrouwelijke hoofdpersoon besluit in Amsterdam te gaan wonen omdat ze gehoord heeft dat het daar prettig leven is met de open en tolerante Nederlandse cultuur. Van de openheid, tolerantie en gastvrijheid waar Nederland vroeger om bekend stond is nu volgens mij weinig over. Maar ook toen al, in de 18e eeuw, was het de vraag of de ander, de vreemdeling, wel echt als gelijke werd beschouwd en of verschillen echt werden geaccepteerd.
Een schitterend gebrek, p. 169:
Aangezien mensen zo aan hun individualiteit hechten worden verschillen niet uit beleefdheid bedekt maar juist benadrukt, vooral bij vreemden en nieuwkomers. Tolerantie is iets anders dan acceptatie, het is eerder het tegenovergestelde. Zulke verdraagzaamheid is tegelijkertijd een slim middel tot onderdrukking. Iemand die je als gelijke aanneemt, omarm je onvoorwaardelijk, voor eens en voor altijd. Maar door iemand te laten weten dat je hem verdraagt, suggereer je in dezelfde adem dat hij eigenlijk een last is, als een zeurende pijn of een onaangename stank waarover je bereid bent tijdelijk heen te stappen. Onder tolerantie schuilt dreiging: de stemming kan ieder moment omslaan. Eenmaal in kaart gebracht wordt ieder individu geacht keurig op zijn eigen plek te blijven, met een goed leesbaar etiket, als vergiften in een apotheekkast. Ik vermoed dat dit de werkelijke reden is dat Hollanders zo dol zijn op eigenheid en eigenzinnigheid. Het helpt ze alles wat hun vreemd en anders voorkomt weg te bergen in beheersbare en vergelijkbare categorieën.
En dat is nu nog steeds zo. De eigenheid / andersheid van de vreemdeling wordt nu niet meer geaccepteerd, dat is het verschil, nu is het beleid en de publieke opinie gefocust op assimilatie (integratie door aanpassing aan de Nederlandse cultuur). Het etiketten plakken, het indelen in vergelijkbare en beheersbare categorieen, dat is wat Levinas noemt 'totaliseren', de ander tot object maken, en dat is dus een slechte zaak. Toen de eigenheid van de ander nog geaccepteerd werd (zoals in de 18e eeuw), om de Nederlandse identiteit ertegen af te kunnen zetten, was de categorisering nog dragelijk. Maar wanneer vreemdelingen buiten worden gesloten en pas weer worden geaccepteerd wanneer zij afstand hebben genomen van hun eigen identiteit, dan is de situatie een stuk ernstiger en moeilijker. Wanneer vreemdelingen worden buitengesloten in plaats van geaccepteerd, wanneer zij vijandig worden bejegend, dan nemen de tegenstellingen in de samenleving toe, met aan beide kanten een groeiende haat. De allochtonen zullen voorlopig niet verdwijnen uit de Nederlandse samenleving, de enige manier waarop autochtonen en allochtonen vreedzaam samen kunnen leven (en dat samenleven dat zullen ze wel moeten en vreedzaam is dan prettiger dan gewelddadig lijkt me) is wanneer het daadwerkelijk samen is, dus wanneer allochtonen niet meer worden buitengesloten. In de 18e eeuw konden mensen langs elkaar heen leven zonder veel last van elkaar te hebben en konden ze daarmee zeggen dat ze tolerant waren. Dat gaat nu niet meer. De huidige samenleving is sterk cultureel divers en we zitten veel meer op elkaars lip, dus we moeten iets met elkaar. Een eerste voorwaarde daarvoor is acceptatie van verschillen, dit betekent de bewuste beslissing om verschillen te accepteren ook wanneer ze je even niet zo goed uitkomen, wanneer je er last van hebt. Het idee is dat mensen het recht hebben om zichzelf te zijn en dat je je dan over uiterlijke verschillen en verschillende gewoontes niet meer zo druk maakt. Dit betekent niet dat alles maar moet kunnen en dat alles is toegestaan. In Nederland blijven gewoon de Nederlandse wetten en Nederlandse gebruiken, normen en waarden etc. gelden. Mensen hebben verschillende waarden en die verschillen blijven bestaan. Er zijn dominante waarden in de Nederlandse samenleving, en dit betekent dat wanneer waarden van allochtonen daarmee strijdig zijn, dat het dan kan het betekenen dat ze sommige dingen niet kunnen doen in Nederland, terwijl die in hun vaderland normaal werden gevonden. Dat is dan niet anders. Maar niemand eist van hen dat zij hun oorspronkelijke waarden niet meer belangrijk of goed vinden, dat zij daar permanent afstand van doen.
En pas wanneer autochtonen zich niet meer zo druk maken over hoofddoekjes, zullen moslims minder de neiging krijgen om met een hoofddoek zich te profileren volgens hun persoonlijke identiteit, en zich meer volgens een Nederlandse stijl gaan kleden. Pas wanneer verschillen geaccepteerd worden, worden ze minder belangrijk en hoeven ze niet meer zo benadrukt te worden.
Een schitterend gebrek, p. 169:
Aangezien mensen zo aan hun individualiteit hechten worden verschillen niet uit beleefdheid bedekt maar juist benadrukt, vooral bij vreemden en nieuwkomers. Tolerantie is iets anders dan acceptatie, het is eerder het tegenovergestelde. Zulke verdraagzaamheid is tegelijkertijd een slim middel tot onderdrukking. Iemand die je als gelijke aanneemt, omarm je onvoorwaardelijk, voor eens en voor altijd. Maar door iemand te laten weten dat je hem verdraagt, suggereer je in dezelfde adem dat hij eigenlijk een last is, als een zeurende pijn of een onaangename stank waarover je bereid bent tijdelijk heen te stappen. Onder tolerantie schuilt dreiging: de stemming kan ieder moment omslaan. Eenmaal in kaart gebracht wordt ieder individu geacht keurig op zijn eigen plek te blijven, met een goed leesbaar etiket, als vergiften in een apotheekkast. Ik vermoed dat dit de werkelijke reden is dat Hollanders zo dol zijn op eigenheid en eigenzinnigheid. Het helpt ze alles wat hun vreemd en anders voorkomt weg te bergen in beheersbare en vergelijkbare categorieën.
En dat is nu nog steeds zo. De eigenheid / andersheid van de vreemdeling wordt nu niet meer geaccepteerd, dat is het verschil, nu is het beleid en de publieke opinie gefocust op assimilatie (integratie door aanpassing aan de Nederlandse cultuur). Het etiketten plakken, het indelen in vergelijkbare en beheersbare categorieen, dat is wat Levinas noemt 'totaliseren', de ander tot object maken, en dat is dus een slechte zaak. Toen de eigenheid van de ander nog geaccepteerd werd (zoals in de 18e eeuw), om de Nederlandse identiteit ertegen af te kunnen zetten, was de categorisering nog dragelijk. Maar wanneer vreemdelingen buiten worden gesloten en pas weer worden geaccepteerd wanneer zij afstand hebben genomen van hun eigen identiteit, dan is de situatie een stuk ernstiger en moeilijker. Wanneer vreemdelingen worden buitengesloten in plaats van geaccepteerd, wanneer zij vijandig worden bejegend, dan nemen de tegenstellingen in de samenleving toe, met aan beide kanten een groeiende haat. De allochtonen zullen voorlopig niet verdwijnen uit de Nederlandse samenleving, de enige manier waarop autochtonen en allochtonen vreedzaam samen kunnen leven (en dat samenleven dat zullen ze wel moeten en vreedzaam is dan prettiger dan gewelddadig lijkt me) is wanneer het daadwerkelijk samen is, dus wanneer allochtonen niet meer worden buitengesloten. In de 18e eeuw konden mensen langs elkaar heen leven zonder veel last van elkaar te hebben en konden ze daarmee zeggen dat ze tolerant waren. Dat gaat nu niet meer. De huidige samenleving is sterk cultureel divers en we zitten veel meer op elkaars lip, dus we moeten iets met elkaar. Een eerste voorwaarde daarvoor is acceptatie van verschillen, dit betekent de bewuste beslissing om verschillen te accepteren ook wanneer ze je even niet zo goed uitkomen, wanneer je er last van hebt. Het idee is dat mensen het recht hebben om zichzelf te zijn en dat je je dan over uiterlijke verschillen en verschillende gewoontes niet meer zo druk maakt. Dit betekent niet dat alles maar moet kunnen en dat alles is toegestaan. In Nederland blijven gewoon de Nederlandse wetten en Nederlandse gebruiken, normen en waarden etc. gelden. Mensen hebben verschillende waarden en die verschillen blijven bestaan. Er zijn dominante waarden in de Nederlandse samenleving, en dit betekent dat wanneer waarden van allochtonen daarmee strijdig zijn, dat het dan kan het betekenen dat ze sommige dingen niet kunnen doen in Nederland, terwijl die in hun vaderland normaal werden gevonden. Dat is dan niet anders. Maar niemand eist van hen dat zij hun oorspronkelijke waarden niet meer belangrijk of goed vinden, dat zij daar permanent afstand van doen.
En pas wanneer autochtonen zich niet meer zo druk maken over hoofddoekjes, zullen moslims minder de neiging krijgen om met een hoofddoek zich te profileren volgens hun persoonlijke identiteit, en zich meer volgens een Nederlandse stijl gaan kleden. Pas wanneer verschillen geaccepteerd worden, worden ze minder belangrijk en hoeven ze niet meer zo benadrukt te worden.