8/01/2014

 

(The) Submission

Nadat ik ‘Door de nauwe poort’ en 'Spoetnikliefde' uit had heb ik “Duizend schitterende zonnen” gelezen, van de schrijver van 'De vliegeraar'. Het gaat over vrouwen tijdens de burgeroorlog in Afghanistan en er woedt ook een oorlog in hun eigen huis, met hun gewelddadige tirannieke man. Tijdens het lezen vroeg ik me af hoe het toch kan dat de Taliban de islam / koran zo interpreteert dat vrouwen geen enkel recht hebben er handen afgehakt moeten worden voor het stelen van een brood.

En nu ben ik ook een boek aan het lezen waar de islam een rol in speelt, maar wel een heel andere rol. Ik moet nog steeds een verslag schrijven over de lezing die ik voor het Humanistisch Verbond heb gegeven over Levinas (ik heb het razend druk en kom er steeds niet aan toe). Als ik nog eens een lezing geef zal ik een stuk voorlezen uit dit boek, genaamd “The submission”. Het gaat over New York na 9/11. Er is een anonieme wedstrijd voor architecten om een monument te ontwerpen ter herdenking van de aanslagen, op de plek waar de torens hebben gestaan. Het winnende ontwerp, een tuin, blijkt ontworpen te zijn door een moslim, Mohammad Khan genaamd. Hij is seculier, gematigd, modern, redelijk etc., duidelijk geen terrorist. Maar er ontstaat een hele hetze in de media, op internet en op straat tussen islambashers, allochtonenknuffelaars en andere vreemde figuren / normale mensen. Het doet me denken aan de Nederlandse hetze over Zwarte Piet. Het gaat eigenlijk nergens over: het gaat alleen maar over een architect die een monument heeft ontworpen. En tegelijkertijd gaat het over heel veel: over fundamentele waarden die al dan niet op het spel staan, angsten, haat, onbegrip, macht, sensatie, discriminatie, etc.

Mo (Mohammad) herkent zich vaak totaal niet in wat er over hem gezegd en geschreven wordt, een citaat uit het boek (p.126):

Mo began to put psychological distance between himself and the Mohammad Khan who was written and talked about, as if that were another man altogether. It often was. Facts were not found but made, and once made, alive, defying anyone to tell them from truth. Strangers, analyzed, judged and invented him. Mo read that he was Pakistani, Saudi, and Qatari; that he was not an American citizen; that he had donated to organizations backing terrorism, that he had dated half the female architects in New York; that as a Muslim he didn’t date at all; that his father ran a shady Islamic charity; that his brother – how badly Mo, as an only child, had wanted a brother! – had started a radical Muslim students’ association at his university.

En dit is waar we Levinas nodig hebben. Er wordt in de media en door allerlei mensen die hem niet kennen, een beeld gecreëerd van een niet-bestaande Mohammad. Er worden bergen met generalisaties en vooroordelen op hem los gelaten. Door niet open te staan voor de echte Mo wordt hij als een ding behandeld. Wat nodig is, is dat mensen hun verzinsels aan de kant zetten en met de echte Mo gaan praten, dat ze hem voor zichzelf laten spreken. In plaats van dat hij in het hokje van ‘moslim-dus-gevaarlijke-gek’ wordt gestopt. Dat kunnen we van Levinas leren.

En we moeten ons verstand erbij houden en ons niet laten leiden door blinde emoties. Het is heel erg dat een paar terroristen met vliegtuigen de WTC torens zijn ingevlogen. Het is normaal dat dat mensen gevoelens geeft van angst, verdriet en woede. Maar dat is geen excuus om te generaliseren, te discrimineren en de echte Mo te vervangen door een verzonnen Mo die past in hetzelfde hokje als dat van de terroristen.   
 

This page is powered by Blogger. Isn't yours?