1/13/2019

 

Wat weet jij er nou van?

Bas Heijne schrijft in een artikel in het NRC over de tweedeling in de Nederlandse multiculturele samenleving, over het gebrek aan broederschap over de grenzen van je eigen groep / clan heen.
Waarom is grensoverstijgende broederschap zo moeilijk volgens Heijne? Hij haalt een schrijver aan, Frans Kellendonk, die zegt: “Het is angst. Racisme komt voort uit distinctiedrift, de neiging in de mens om zich van anderen te onderscheiden, zich superieur te voelen.”
Bas Heijne, Frans Kellendonk en Stef Blok, drie witte mannen die schrijven / spreken over racisme en andere problemen van de multiculturele samenleving. Als ik een van hen ergens tegen kom (wat niet meer kan met Kellendonk), dan zou ik kunnen vragen: Wat weet jij er nou van? Je kunt achter je bureau een artikel schrijven over de problemen van de multiculturele samenleving, maar weet je wel hoe het echt is om dagelijks geconfronteerd te worden met racisme en discriminatie? Als ik teksten lees van Paul Scheffer dan denk ik hetzelfde: zijn teksten zijn te theoretisch en te weinig doorleefd.
Toch is het niet goed om die retorische vraag te stellen aan de “witte mannen” (zoals de retorische vraag van Stef Blok ook onzinnig was). Want mijn “vraag” is een ad hominem, het is op de persoon gericht, niet op de inhoud van wat diegene zegt of schrijft. Ik kan beter reageren op de redenering, de argumenten. Ik moet de achtergrond van degene die het zegt buiten beschouwing laten. Anders worden mensen bij voorbaat uitgesloten van de discussie op basis van onder andere hun huidskleur, dat is ook discriminatie.
Toch is het wel een relevante vraag: “Wat weet jij ervan?” In dit geval bedoel ik niet wat je weet uit boeken, kranten, televisie, internet, maar wat heb je zelf meegemaakt? De ans is groot dat bewoners van wijken zoals de Haagse Schilderswijk / Transvaal te maken te hebben met problemen. Niet alleen racisme en discriminatie, maar ook armoede, werkloosheid, schulden, huiselijk geweld, gezondheidsproblemen, religieuze spanningen, zinloos geweld, etc. Ok, er zijn dus problemen in de multiculturele samenleving, de vreedzame samenleving van Stef Blok hebben we (nog) niet bereikt. Maar als je wilt meedenken en meewerken voor oplossingen dan lukt dat beter als je de problemen aan den lijve hebt ondervonden en je in de praktijk hebt gemerkt wat wel en niet werkt om er iets aan te doen.
Bas Heijne schrijft dat mensen goed in staat zijn samen te werken in klein verband, zolang ze onderdeel uitmaken van dezelfde, overzichtelijke gemeenschap. Voor broederschap heb je een gemeenschappelijk verhaal nodig, een verbindende mythe. Wanneer mensen een gemeenschappelijk doel hebben, in hetzelfde geloven, zijn ze in staat samen iets tot stand te brengen, een gemeenschap te vormen, gemeenschappelijke waarden te delen.
Heijne gaat ervan uit dat die overzichtelijke verbroederde gemeenschappen eigenlijk altijd homogeen zijn, met dezelfde (oorspronkelijke) nationaliteit, hetzelfde geloof, dezelfde huidskleur, etc. Het idee is dat we alleen een verbondenheid / verwantschap kunnen voelen met mensen die er net zo uitzien als wijzelf en die ook ongeveer hetzelfde zijn. Mensen die er anders uitzien en anders zijn beschouwen we als vijandig en hoe meer we ons terug trekken in onze eigen groep, hoe groter de tweedeling in de samenleving wordt.
Maar wat nu, vroeg ik mij af tijdens het lezen, als we allemaal al verschillend zijn binnen onze eigen gemeenschap? Ik merk nu zelf dat dat heel goed werkt, met Coöperatie Eva. We zijn een groep van 12 vrouwen met achtergronden uit Nederland, Suriname, Soedan, Congo, Sierra Leone en de Dominicaanse Republiek, met verschillende religies en allerlei leeftijden. We hebben een gemeenschappelijk verhaal, doel en waarden als coöperatie, we doen het samen en we horen bij elkaar. Zo hebben we broederschap (zusterschap) dat de tweedeling in de samenleving tegen gaat, tussen autochtonen en allochtonen, tussen moslims en niet-moslims (christenen, hindoestanen, atheïsten) en tussen andere verschillen binnen onze groep. Hoewel we ook best botsen soms - dat hoort erbij - hebben we eigenlijk een vreedzame mini multiculturele gemeenschap. En zulke gemeenschappen zijn er veel meer in Den Haag: bijvoorbeeld Stichting Yasmin, Coöperatie Aïshel, Buurthuis De Mussen, de school van mijn kinderen, etc.

Bas Heijne schrijft: “Wie zich openstelt voor een ander, niet alleen met de mooie, abstracte woorden van de weldenkenden, zal zelf onherroepelijk veranderen. En net als binnen relaties, zijn we daar ook in de samenleving vaak bang voor. Het liefst schuilen we onder gelijkgezinden.”
Maar we kunnen grensoverstijgend zijn als gelijkgezinden! Binnen onze cultureel diverse groep kunnen we verschillen overbruggen. Door samen te werken met mensen met andere achtergronden verdwijnen vooroordelen, omdat abstracte beelden vervangen worden door concrete ervaringen. Dat maakt je ook minder bevooroordeeld naar mensen toe buiten je eigen gemeenschap.
Heijne: “Het is een voortdurende worsteling, laten we daar eens rond voor uitkomen. Broederschap van de beperkte soort, de groepssoort, is gemakkelijk. Broederschap buiten de eigen groep is inderdaad vaak hondsmoeilijk, omdat het echt iets van ons vergt. En succes niet verzekerd is. Wanneer we teleurgesteld raken, vluchten we al te graag in de eerste soort. Wat nodig is, is de wil om naar onszelf te kijken, onze tegenstrijdigheden te erkennen – en de moed om tegen onze eigen aanvechtingen in te denken. Laten we het onszelf eens flink moeilijk maken. Laten we onze eigen angst onder ogen zien. Laten we de Stef Blok in onszelf confronteren met ons betere ik. Dat lijkt mij een noodzakelijke voorwaarde – om uiteindelijk echt tegenwicht te kunnen bieden. Tegenwicht tegen krachten die er doelbewust op uit zijn ons steeds verder, steeds verder en verder, uiteen te drijven.”
Zo is het, we laten ons niet uit elkaar drijven!

This page is powered by Blogger. Isn't yours?