3/05/2009
Hoofddoekbrigade
Ik sprak een collega vluchtenlingenambassadeur (we gingen meedoen met een mensenrechtenspel). Ze vertelde dat ze blij was dat ze nu eindelijk een stageplaats had gevonden, bij Vluchtelingenwerk, ook al was het niet helemaal in haar richting. Ze kon nergens een plek vinden omdat ze een hoofddoek draagt, zei ze. Een vrolijke, vlotte, supergoed geintegreerde meid. En als een stageplaats al zo moeilijk is, hoe moet het dan later met werk vinden, vroeg ik mij af. Dat een stukje stof zo'n belemmering kan vormen...
Aan de andere kant ben ik het ook eens met Simon Admiraal - Volkskrant 5 maart - dat het niet verstandig is om het dragen van hoofddoeken op de werkvloer aan te moedigen. Dat een hoofddoek een belemmerende factor is, is een feit. Als ik moslimvrouw was zou ik eieren voor mijn geld kiezen en een baan belangrijker vinden dan die hoofddoek. Die kan ze als ze wil op andere plekken dragen.
Admiraal schreef het artikel in de Volkskrant naar aanleiding van een manifestatie van de Poldermoslima Hoofddoekenbrigade tegen discriminatie op de werklvloer. Hij vindt dat zij hun eigen integratie in de weg zitten. Hij verwijst naar één van de oprichtsters, Nora El Jebli, die gezegd heeft dat ze meer gelooft in participatie dan in integratie. Ik denk - net als Admiraal - dat je er toch niet komt met participatie alleen. Het is goed om discriminatie tegen te gaan, maar moslimsvrouwen zullen ook wat water bij de wijn moeten doen als ze goed willen kunnen meedraaien in deze samenleving.
Admiraal: "De vraag is of we blij moeten zijn als moslimvrouwen hun arbeidsparticipatie afhankelijk maken van de mogelijkheid om zich op de werkvloer religieus te uiten in kleding en gedrag. De motivatie zal divers zijn, zoals groepsidentificatie, of de hang naar traditionele modieuze kledij. Maar fundamentalisten zien de hoofddoek als een manier om 'publieke onzichtbaarheid' van de vrouw af te dwingen. Ze mag zich vertonen op straat, maar wel zo onzichtbaar mogelijk, zodat ze mannen niet in verleiding brengt. Het fundamentalisme is een plaag voor de emancipatie in de ouderwetse, seculiere betekenis van het woord."
Aan de andere kant ben ik het ook eens met Simon Admiraal - Volkskrant 5 maart - dat het niet verstandig is om het dragen van hoofddoeken op de werkvloer aan te moedigen. Dat een hoofddoek een belemmerende factor is, is een feit. Als ik moslimvrouw was zou ik eieren voor mijn geld kiezen en een baan belangrijker vinden dan die hoofddoek. Die kan ze als ze wil op andere plekken dragen.
Admiraal schreef het artikel in de Volkskrant naar aanleiding van een manifestatie van de Poldermoslima Hoofddoekenbrigade tegen discriminatie op de werklvloer. Hij vindt dat zij hun eigen integratie in de weg zitten. Hij verwijst naar één van de oprichtsters, Nora El Jebli, die gezegd heeft dat ze meer gelooft in participatie dan in integratie. Ik denk - net als Admiraal - dat je er toch niet komt met participatie alleen. Het is goed om discriminatie tegen te gaan, maar moslimsvrouwen zullen ook wat water bij de wijn moeten doen als ze goed willen kunnen meedraaien in deze samenleving.
Admiraal: "De vraag is of we blij moeten zijn als moslimvrouwen hun arbeidsparticipatie afhankelijk maken van de mogelijkheid om zich op de werkvloer religieus te uiten in kleding en gedrag. De motivatie zal divers zijn, zoals groepsidentificatie, of de hang naar traditionele modieuze kledij. Maar fundamentalisten zien de hoofddoek als een manier om 'publieke onzichtbaarheid' van de vrouw af te dwingen. Ze mag zich vertonen op straat, maar wel zo onzichtbaar mogelijk, zodat ze mannen niet in verleiding brengt. Het fundamentalisme is een plaag voor de emancipatie in de ouderwetse, seculiere betekenis van het woord."