12/03/2022
God en de filosofie
Hoera, ik heb tijd voor mezelf! En nu lees ik "God en de filosofie", van Emmanuel Levinas.
"Filosofie en religie gaan niet samen", zei ik een jaar of twintig geleden tegen een hoogleraar, toen ik bij de Universiteit van Amsterdam werkte. "Want religie / de kerk is dogmatisch en filosofie is open en kritisch, alles kan ter discussie worden gesteld." "Als je wilt zien hoe het wel samen kan gaan, lees dan de boeken van Emmanuel Levinas", zei de hoogleraar (Paul Sars). Hij begon te vertellen over het gelaat van de ander, de zorg voor de ander, ver-antwoord-elijkheid (antwoorden op het appèl van de ander) en hoe er via de ander een glimp, een spoor van God te zien is. God die oneindig is, ongrijpbaar, niet te bevatten voor ons als mensen...
Dat gesprek heeft nogal veel impact gehad op mijn leven. Ik ben de boeken van en over Levinas gaan lezen, ik ben weer in God gaan geloven, en meer...
Nog even een citaat uit de inleiding, van Theo de Boer (een beetje ingekort):
De filosofie van Levinas is, kan men zeggen, een antropologie van de verantwoordelijkheid, een bezinning op datgene wat de werkroep die van gene zijde komt, aan deze zijde van het autonome bewustzijn heeft aangericht.
... De vraag gaat over de reikwijdte van de rede en de filosofie. Kan een denken dat zich verstaat als het toe-eigenen van het andere, de transcendente stem en de weerklank van die stem horen en ter sprake brengen? Het betoog van Levinas knoopt aan bij de bekende uitspraak van Pascal: God van Abraham, God van Izaak, God van Jacob, niet der filosofen en geleerden." Kan die God in de filosofie gedacht worden of moet het denken hier zijn gezag afstaan aan mening en geloof?
Om helderheid te verschaffen wordt er een grondig onderzoek ingesteld naar aard en wezen van de westerse rationaliteit. Levinas omschrijft deze als het samengaan van denken en zijn. De waarheid, de on-verborgenheid via de waarneming van mensen, dat zou de zin zijn van het zijn. Alsof wat niet door mensen gekend kan worden geen betekenis heeft. (Want dieren hebben geen benul van of de aarde plat is of rond, dus wat is daarvan dan de betekenis als er geen mensen zouden zijn op aarde. Nb: dit is mijn voorbeeld, niet van De Boer.)
Wat zou er meer kunnen zijn dan waar wij mensen ons licht op kunnen laten schijnen, dan er onder de zon is? Tenzij, zo luidt het weerwoord van Levinas, tenzij er ergens in een uithoek van het universum iemand is die zich verantwoordelijk weet, een dwaas die denkt dat er meer is dan wat er onder de zon is. Dan begint er op de wereld een geheel nieuw avontuur, buiten de perken van het zijn. De Transcendente is voorbijgegaan en heeft een spoor achtergelaten.
De letterlijke vertaling van de titel van de tekst van Levinas luidt: Over God die op de idee komt (De Dieu qui vient a idee). Een merkwaardige titel. Daarmee is gezegd dat wij wel een idee van God hebben maar niet zelf op die idee komen. Die idee valt ons in, zoals Levinas het zelf graag uitdrukt. Zijn tekst probeert de plek aan te duiden waar die inspiratie kan plaatsvinden.
10/18/2022
Sinds ik een tweedaagse training verbindende (geweldloze) communicatie heb gevolgd, ben ik wat aan het herkauwen / peinzen over woorden voor gevoelens en behoeftes. Ik heb al ondervonden dat "genieten" in mijn beleving ook een behoefte is, ook al stond hij niet in de lijst. En een gevoel van machteloosheid vind ik eigenlijk een quasi-gevoel.
5/20/2022
Wow, wat is dit een goede uitleg van de filosofie van Levinas, over intercultureel contact en racisme...
https://www.youtube.com/watch?v=RaPNYQ_qdII
Ontmoeting met de ander - zonder angst
"De ontmoeting met de ander vraagt om kwetsbaarheid en openheid."
5/15/2022
Gelijkwaardigheid
Het is ruim twintig jaar geleden dat ik begon met boeken lezen van en over Emmanuel Levinas. Maar ik denk nog bijna iedere dag aan zijn filosofie. Juist in deze tijd en juist in Den Haag als multiculturele stad met grote tegenstellingen, is zijn filosofie heel actueel en belangrijk. Ik vind het jammer dat het zo moeilijk uit te leggen is en dat de emoties snel hoog oplopen in gesprekken hierover. Dit soort gesprekken liggen denk ik gevoelig omdat het gaat om wezenlijke waarden. Mensen voelen zich snel aangevallen en zetten een tegenaanval in om zichzelf te beschermen. Nog steeds geloof ik dat als het zou lukken om de ideeën van Levinas goed uit te leggen, dat de gesprekken op een veel betere en rustigere manier zouden verlopen.
Een voorbeeld van zo’n gesprek met vier mensen (niet met de werkelijke namen):
Simon zegt: Hoofddoeken worden gezien als symbool van emancipatie,
dan worden vrouwen gesteund in het dragen van een hoofddoek, maar dat is niet
zo, vrouwen worden vaak gedwongen een hoofddoek te dragen, kijk maar naar
landen als Iran en Saoedi-Arabië.
Esther zegt: Er zijn anders ook juist veel mensen
die een hoofddoek als symbool van onderdrukking zien, terwijl er wel vrouwen
zijn die er zelf voor kiezen een hoofddoek te dragen, die het zien als een
uiting van hun identiteit. Als vrouwen gedwongen worden dan sta ik klaar om hen
te steunen in hun verzet. Maar waar het om gaat is dat we niet over de hoofden
van de vrouwen heen praten, maar dat we het gesprek met hen aangaan, dan kunnen
vrouwen met een hoofddoek zelf aangeven of dat wel of niet hun eigen keuze is.
***
Dit is voor mij een van de kernpunten van de filosofie
van Levinas: open staan voor de echte ander, niet invullen voor een ander
(NIVEA), met de vraag of er met het dragen van een hoofddoek wel of niet sprake
is van dwang. Ga in gesprek met de ander, breng de ander niet onder in categorieën
van mensen waar je bepaalde (negatieve) beelden over hebt. Probeer om niet te
generaliseren…
Anja Meulenbelt heeft dat een paar keer goed verwoord:
mensen (bijv. in de media) hebben allerlei ideeën over of een hoofddoek of een hiqaab
wel of niet goed is en of vrouwen wel of niet gedwongen worden om ze te dragen.
Maar in plaats van zogenaamde deskundigen in talkshows hun mening te laten geven, moeten we moslima’s zelf aan het woord laten…
***
Mohamed zegt: Je hebt gelijk, Esther, het is heel belangrijk dat de vrouwen zelf kunnen zeggen wat zij vinden, dat zij zelf gehoord worden.
Lamine zegt: Het is logisch dat we allemaal vooroordelen
hebben, dat we beelden en ideeën hebben over bepaalde groepen mensen.
Esther zegt: Ja dat klopt, maar als we merken dat we
bevooroordeeld zijn dan kunnen we de vooroordelen loslaten, we kunnen er
afstand van nemen.
Simon zegt tegen Mohamed (die zelf Marokkaans is): Maar ik heb nu
eenmaal veel negatieve ervaringen met Marokkanen op straat.
In een flits zie ik het gezicht betrekken van Mohamed, ik zie pijn
en verdriet in zijn ogen. Maar hij zet zich er snel overheen, we maken een grapje
en het gesprek gaat verder.
Simon: Ik kom alleen op voor mijn eigen groep, voor zwarte mensen. Vaak zeggen witte mensen dat ze voor zwarte mensen opkomen, maar ze hebben in feite andere belangen.
Esther: Dat kun je niet doen, alleen voor je eigen groep
opkomen…
Simon: Dat maak ik zelf wel uit…
***
Het is me toen niet gelukt om het uit te leggen, waarom het
niet kan, alleen voor je eigen groep opkomen. Natuurlijk mag Simon dat zelf weten,
voor wie hij wil opkomen en voor wie niet. Maar hij kan zich niet alleen maar
inzetten om vooroordelen, discriminatie, racisme, uitsluiting, onderdrukking, onrecht,
tegen zwarte mensen tegen te gaan en zich niet in te zetten voor andere groepen mensen die
hier ook mee geconfronteerd worden. Waarom kan het niet? Het kan niet als je gelooft
dat alle mensen gelijkwaardig zijn. Als je niet wilt dat iemand zegt: “Ik heb
nu eenmaal veel negatieve ervaringen met zwarte mensen op straat,” zeg dat dan
zelf ook niet over Marokkanen… Ik probeerde het uit te leggen door te zeggen
dat hij anders zelf straks aan de beurt is, met vooroordelen en generalisaties
en ander/erger onrecht, ontmenselijking. Maar het is eigenlijk geen Levinasiaans argument om te
zeggen: jij kunt er zelf ook last van krijgen, van wat je nu tegen iemand
anders doet. Dan zou het nog steeds zo kunnen zijn dat Simon alleen vanuit zijn eigen belangen handelt en daarom geen
generaliserende uitspraken meer doet over Marokkanen. Terwijl het mij niet gaat
om belangen maar om ethiek. De echte reden waarom je niet alleen voor je eigen
groep kunt opkomen, is juist de gelijkwaardigheid. Als je alleen voor zwarte
mensen opkomt impliceert dat, dat je zwarte mensen belangrijker vindt dan bijvoorbeeld Marokkanen
en dat je Marokkanen daarom als minderwaardig mag behandelen. Dat kan niet als
je protesteert tegen de behandeling van zwarte mensen als minderwaardig…
8/07/2021
Zwart racisme bestaat niet
N.a.v. een artikel op Politiek moet je doen ben ik boeken gaan lezen van Julian With, een Surinaams publicist en schrijver. Ik ben begonnen met "Land van harmonieuze kontrasten?", gevolgd door "Zwart racisme bestaat niet". Natuurlijk zijn de boeken gedateerd (geschreven in de jaren '70 - '80), maar even goed nog steeds actueel.
"Land van harmonieuze kontrasten?" vind ik een heel boeiende novelle. Ik kom graag via persoonlijke verhalen meer te weten over Suriname.
"Zwart racisme bestaat niet" vind ik ook boeiend, maar om een andere reden. Het centrale thema van het boek is belangrijk, juist in deze tijd. Want natuurlijk bestaat er wel zwart racisme, maar wit racisme is veel belangrijker om aandacht aan te besteden, veel belangrijker om te bestrijden. Waarom? Vanwege wit privilege, vanwege institutioneel racisme tegen zwarte mensen, vanwege de bestaande ongelijkheid, de veel grotere kans op een slechte positie / confrontatie met racisme / discriminatie / onrecht tegen zwarte mensen, in verhouding tot witte mensen. Dit punt blijft altijd moeilijk om uit te leggen aan anderen (vooral witte mensen). Mij heeft het veel geholpen om "Hallo witte mensen" te lezen, van Anousha Nzume. Ik ben zelf niet zwart, dus ik kan niet weten hoe het is om zwart te zijn. Ik heb wel een groot inlevingsvermogen (hoop ik). En ik heb een sterk verlangen naar rechtvaardigheid / een sterk verlangen om mij te verzetten tegen onrecht. Zolang zwarte mensen een veel groter risico lopen dat hen onrecht wordt aangedaan, blijf ik mij inzetten om racisme tegen zwarte mensen te bestrijden.
3/07/2021
Enkele beschouwingen over de filosofie van het racisme
Op 7 juli 2005 schreef ik mijn eerste post op dit weblog, meer dan 15 jaar geleden. Ik was toen van plan te promoveren op het onderwerp Levinas en de multiculturele samenleving / intercultureel contact / racisme. Mijn begeleider zou Hent de Vries zijn (https://en.wikipedia.org/wiki/Hent_de_Vries) van de Universiteit van Amsterdam. Maar met de honderd andere dingen die ik er toen naast deed - en nog steeds - kwam ik daar helemaal niet aan toe. Ondertussen bleven de filosoof en het onderwerp waar ik over wilde schrijven mij enorm boeien. En ik wil er nog steeds over schrijven, ook al wordt het geen proefschrift.
Waarom de combinatie van Levinas en de multiculturele samenleving / het racismedebat? Sinds ik begon met boeken te lezen van en over Levinas - en dat was al veel eerder dan 2005 - vond ik dat Levinas veel te bieden heeft als het gaat om een ethische basis voor het omgaan met cultuurverschillen en het bestrijden van racisme. De filosofie van Levinas kan op veel meer gebieden worden toegepast, zoals de zorg (de relatie hulpverlener / cliënt), in het bedrijfsleven, haptonomie en interreligieuze dialogen. Maar racisme vind ik het meest boeiend. Zijn filosofie wordt vaak als abstract en puur theoretisch beschouwd, maar ik verbaas mij steeds weer over hoeveel concrete voorbeelden ik tegen kom in het dagelijks leven.
De concrete toepasbaarheid van de ideeën van Levinas is dus groot. Alleen vind ik het nog steeds moeilijk om goed uit te leggen wat de kern is waar het om draait. Laat ik het nog een keer proberen: de kern is ontmenselijking. Wat is er mis mee als Wilders "Minder minder minder Marokkanen" roept? Het is erg voor Marokkanen die níet crimineel zijn en ook geen overlast veroorzakende hangjongeren zijn (en de gemiddelde Marokkaan is geen hangjongere en niet crimineel). Maar het is niet alleen erg voor Marokkanen, maar voor alle mensen, want dit gaat over ontmenselijking. Dat is erg / kan erg zijn voor iedereen. Dat moeten we niet accepteren.
Ik denk vaak terug aan wat de Oegandese schrijver Moses Isegawa een keer in een interview heeft gezegd. Hij baalt er ontzettend van dat er iedere keer als hij een winkel inloopt, er argwanend naar hem gekeken wordt, of hij niet stiekem wat achterover drukt. Hij heeft nog nooit wat gestolen en dat is hij ook helemaal niet van plan. Maar als donkere man wordt hij wel de hele tijd argwanend aangekeken.
De filosofie van Levinas is gericht op het aankaarten van dit soort ontmenselijking. Mensen als dingen behandelen. Hen in categorieën onderbrengen en generaliseren. Van kutmarokkanen tot zeikwijven. Iemand heeft misschien - maar misschien ook niet - een paar keer een negatieve ervaring gehad met iemand uit een bepaalde groep / categorie. Vervolgens denkt diegene negatief over de hele groep. Zoals ik al zei is dat heel vervelend voor mensen die bij die groep worden ingedeeld, maar die niet het gedrag vertonen op basis waarvan die groep als geheel wordt afgewezen. Je wordt in een negatief hokje / een categorie gestopt en vervolgens afgewezen. Alsof je een ding bent in plaats van een mens.
Mensen hebben beelden in hun hoofd, misschien over primitieve Afrikanen of domme blonde vrouwen. Zij projecteren dat op de hele groep, alsof iedere Afrikaan primitief is, of dat iedereen dom is die blond/vrouw is. Dit is dus het meest pijnlijk voor mensen die ten onrechte bestempeld worden tot primitief of dom. Toch is dit iets wat iedereen aangaat, want je weet nooit wie de volgende groep is die slachtoffer wordt van dit soort generalisaties / stigmatisering / racisme. Ontmenselijking is universeel.
De ontmoeting met de echte ander kan deze ontmenselijking doorbreken. In de ontmoeting met de ander kun je opeens beseffen: het gaat niet om categorieën en hoe ik daar over denk. Het gaat om de echte ander die voor mij staat. De ander is uniek, hij of zij laat zich niet vangen in mijn (negatieve) beeldvorming over groepen mensen. Ik moet mijn vooroordelen loslaten en open staan voor de echte ander.
Het is mij al lange tijd duidelijk hoe belangrijk de filosofie van Levinas kan zijn om racisme te bestrijden. Alleen het is zo moeilijk om het goed uit te leggen... Levinas zelf is dat ook niet zo goed gelukt vind ik (met termen zoals "het primaat van de metafysica over de ontologie"). Maar misschien was dat ook niet zijn ambitie, hij wilde het vooral graag filosofisch juist formuleren en dat is hem wel gelukt. Het is nu aan ons om een vertaalslag te maken.
Abdelkader Benali heeft in een interview gezegd dat het vaak zo moeilijk is om uit te leggen wat het onderliggende probleem van racisme is, waarom het erg is wat iemand zegt. Dat vind ik zelf dus ook moeilijk. Benali zegt ook dat het goed zou zijn als mensen niet alleen beredeneren waarom je iets niet kunt zeggen of kunt doen, maar als ze zelf aanvoelen dat het niet kan (bijvoorbeeld waarom Zwarte Piet niet kan). Misschien kan de filosofie van Levinas helpen zodat mensen het gaan aanvoelen, dat ze het niet alleen met hun hoofd begrijpen maar ook met hun hart...
10/04/2020
'White saviors'
Hoe vaak gebeurt dit? Hoe vreselijk is dit? Maar: wat zijn de overeenkomsten met mijn verhaal?
https://blendle.com/i/360-magazine/de-goede-daad/bnl-360-20201001-78a00ebab1d9?sharer=eyJ2ZXJzaW9uIjoiMSIsInVpZCI6InRtcDljMGU0MTMzMzhjYjBlNDM5IiwiaXRlbV9pZCI6ImJubC0zNjAtMjAyMDEwMDEtNzhhMDBlYmFiMWQ5In0%3D
https://sz-magazin.sueddeutsche.de/gesundheit/uganda-bach-entwicklungshilfe-88525?reduced=true
Dit is er gebeurd: Een wit westers christelijk meisje komt zielige kinderen 'redden' in Afrika. Dit heeft 800 dode zwarte kinderen tot gevolg. Rene'' reist na de middelbare school in de VS naar Oeganda. Ze wordt geraakt door de zielige kindertjes daar. Ze ziet het als haar roeping om hen te redden. Eerst gaat ze rijst en bonen uitdelen. Daarna begint ze zogenaamd een gezondsheidscenrtum, zonder enige medische kennis. Dweilen met de kraan open. Het zwarte personeel wordt uitgebuit en protesteert. Het past precies in de historische lijn van de uitbuiting door de kolonialisten, waar het Britse onderwijs in Oeganda nog steeds positieve verhalen over vertelt.
Ik zie het voor me, want het is een herkenbaar verhaal. Renée is vast een naief meisje met goede bedoelingen. Ze denkt de wereld te kunnen veranderen zonder enige kennis of ervaring. Ze voelt zich superieur als witte, ze denkt dat ze alles beter weet terwijl ze de balle verstand heeft van Oeganda. Ze gedraagt zich regelmatig racistisch want ze beschouwt de mensen in Oeganda als minderwaardig. Ze voelt zich goed door boven hen te gaan staan en die zielige domme zwarte mensen en kinderen een 'helpende hand' te bieden. Dan kan ze zichzelf schouderklopjes geven over hoe goed zij is. Dat zij is afgedaald in de ellende om hulp te bieden, en zo de Heer te dienen.
De Oegandese moeders zitten diep in de shit met hun ondervoede kinderen. Er is nergens goede en betaalbare gezondheidszorg in de buurt. Er is te weinig te eten en het weinige eten bestaat alleen uit rijst en bonen, zonder eiwitten en vitaminen. Ontelbaar veel kinderen sterven aan honger en ziektes. Nu lijkt er hoop te komen: een wit meisje heeft een gezondheidscentrum opgezet, gaat voor de kinderen zorgen en dan worden ze weer beter. Maar in dat centrum gaan de kinderen net zo hard dood. Als de moeders hun kinderen daar niet hadden gebracht, hadden ze hen misschien naar een plek gebracht waar de kinderen wel werden genezen. Dan hadden de moeders misschien geleerd daar hoe ze de kinderen gezonde voeding konden geven, hoe ze een eigen moestuintje konden beginnen.
Maar wat doe ik zelf in Afrika? Heb ik zelf ook een restje white savior syndroom? Ik kan de verschillen duidelijk aanwijzen. Ik sta er heel anders in dan Renée. Maar het doet me veel verdriet dit verhaal van Renée te lezen. En het maakt dat ik weer extra kritisch ga kijken naar hoe ik het zelf doe.
9/21/2020
Vergeven
Het wordt vaak gezegd: dat je de ander móet vergeven. Want dat is goed voor je gezondheid, er valt een last van je schouders en je kunt tenminste weer verder samen. Er wordt ook vaak gezegd dat woede niet goed is, veel te destructief. Dus laat het los.
Maar dat kun je helemaal niet doen op commando: vergeven of stoppen met boos zijn. Het is iets wat op een gegeven moment vanzelf gebeurt (of niet). Dat is ook wat Levinas beschijft: je ontmoet de ander, je wordt geraakt door het kwetsbare gezicht van de ander en je neemt de zorg voor de ander op je, je neemt je verantwoordelijkheid. Dat gebeurt vanzelf (of niet). Daarom is het geen zware filosofie van Levinas, het is geen zwaaiende vinger van je moet dit of dat, want anders...
Het gaat over wat er gebeurt en wat je aandacht kunt geven en daarmee kunt laten groeien. Sommige mensen kan ik (nog) niet vergeven voor wat zij gedaan hebben. Andere mensen vergeef ik hun fouten meteen al, op het moment dat het gebeurt.